grut
ondertaal
r-l
(klein) grut
te-chulch
te kul, huil, schuil, geul
huilen en maken flauwe kul, en schuilen (onder moeders rokken)
opslope vollek-opgroeiende jeugd
verg: ork oftewel eerdröt
© 2005-2013 TexelSites