prora (lat.)
ondertaal
r-r, p-b-bi
voorsteven-prora (la.)
charch-chor-bi
schaar keur bij
kiest te scheuren, te breken
in de roos-mikpunt
verg: beroerd, beroerte, terror, mirror, rory, rordon, horror, roerselen, rorty, error, treur
© 2005-2013 TexelSites