dollen (16e eeuw)
ondertaal
l-r, t wissel
dullen of dollen-duizelig zijn (16e eeuw)
chnil-te-chloch
kniel te sloeg
alsof hij/zij een klap van de molen heeft gehad
een knipperdolletje-een kleinigheid
In 18e en 19e eeuw: Knipperdolletjes, soort ronde beschuitjes. Dit verm. van B.Knipperdolling, die in 1536 op de brandstapel kwam als doopsgezinde burgemeester van Munster.
© 2005-2013 TexelSites